MAQUETTE VAN HET CHRISELIJKE KASTEEL (14e EEUW)
Midden 13e eeuw (1244) werd het kasteel van La Mola bezet door de christenen van Infant Don Alfonso van Castilië. De moslims die langs de Vinalopó-vallei woonden, begonnen zich te concentreren in één enkele nederzetting, de kiem van het huidige historische centrum van Novelda.
Tussen 1304–1305, met het Verdrag van Torrellas-Elche, kwam het kasteel in Aragonese handen en werd het overgedragen aan Doña Blanca van Anjou, echtgenote van koning Jacobus II.
Zij gaf opdracht tot de restauratie, waarmee belangrijke hervormingen begonnen die zich gedurende de eerste helft van de 14e eeuw zouden ontwikkelen.
Opvallend is de uitbreiding van het kasteel aan de noordwestzijde, waarbij de oude islamitische muur werd benut en de beroemde driehoekige toren of “driedubbele toren” werd gebouwd, uniek in zijn vorm op het hele Iberisch schiereiland.
In deze tijd werd het bovenste deel van het kasteel bewoond door een kleine militaire wacht onder leiding van de alcaide, terwijl in het onderste deel, het voormalige albacar, een christelijke nederzetting ontstond, voornamelijk bestaande uit boeren en ambachtslieden.